20 januari 2017 |
Sproeten zoeken.
Dat ben ik aan het doen.
Tussen de witregels door.
Op de lijnen dus.
Pal erop. Sproeten
waar een zucht zou moeten.
Sproeten die verzamelen:
het punt op de i, het punt aan de lijn.
Zijn. Een sproet.
Niks meer maar ook niet minder.
Een punt met ambitie.
Een hoek eraf. Dat mag.
Dat moet zelfs.
Af. En toe.
Schrijf me een sproet.
Zoals de zomer doet.
Wroeten op het puntje van je neus.
Van je hoofd, van je lijf op een stoel.
Eerst zacht en dan heel veel.
Zoals sporen in de sneeuw.