13 maart 2019 |
Ik zal een maartse bui zijn.
Vol overtuigingskracht
en laven wat groeien wil.
Driftig tegen de stroom in.
De wind in de rug van de wolken in mijn hoofd.
Niet van ophouden willen weten.
Baan ruimen voor de lente.
De eerste warmte van het zonlicht in mijn kielzog.
Ik wil een maartse bui zijn:
lachen, donderen, buiten zinnen.
Het gure van de winter overwinnen.