29 april 2018 |
Op een dag zijn we voorbij,
voor de tijd en bij de wolken.
Hoe we gingen langs de avonden
en hoe we ’s ochtends in de zon,
dat durf ik niet te zeggen.
Er is zó veel dat ik niet uit kan leggen,
maar op een dag gaan wij voorbij.
Ik hoop dat het zacht en ik hoop dat het zoet
(hoe het zou moeten als het toch moet).
Ik hoop dat wij dan nog bestaat.
Ik hoop dat wij nog samen
op die dag dat alles niet meer gaat,
want nu ben ik vol lof en vol fierheid over jou.
Vol lente en liefs en zoenen. Vol licht.
Ik hou van jou.
Een omwenteling geleden, vreemden voor elkaar.
Een reis rond die lichtbol daarboven later,
hebben wij toekomst, zelf tijd en ons en wij gemaakt.
Ik ben zo bang jou te verliezen,
doodsbang dat wij voorbij,
maar elke avond, elke ochtend,
elke nu, ben jij mijn alles.
Elk moment ben jij altijd voor mij.